Toen ik in februari samen met twee andere foodies Rotterdam bezocht, lag onze missie voor de hand: lekker eten! En boy, daar was geen gebrek aan! Ik had het al eens over de Bakkerswinkel, maar dat was lang niet het enige lekkere adresje. Kwestie van mijn geheugen up-to-date te houden zet ik alles nog even op een rijtje. En wie weet leidt het ook voor jou naar een geslaagde culinaire ervaring!
De Markthal: een evidente stop. Sinds de opening in oktober vorig jaar groeide deze overdekte markthal uit tot een fenomenaal succes. Terecht, dit is de grootste verzameling geuren, kleuren en smaken die ik ooit bijeen zag. Je kan hier shoppen, proeven, degusteren, een terrasje doen,… Alle culinaire werelden zijn vertegenwoordigd. Wij dronken een glaasje op één van de dakterrassen en deden ons te goed aan een kraampje vol noten en kraakverse baklava. Aan een standje met kruiden vond ik eindelijk ook de sumac waarnaar ik al heel lang op zoek was. Niet alleen je smaakpapillen worden overdonderd in de Markthal. Ook visueel is dit architecturaal pareltje een spektakel. Zowel aan de binnen- als aan de buitenkant.
Vlaamsch Broodhuys: Een bakkerij annex eetadres. Aanvankelijk was ik vooral geïntrigeerd door de naam. Na wat zoekwerk bleken daar zoals verwacht Vlaamse roots achter te zitten. Zaakvoerder Dimitri Roels heeft een Vlaamse vader en een Nederlandse moeder. Hij is zowel kok als bakker en maakte van zuurdesembrood z’n specialiteit. Vlaamsch Broodhuys is een keten met een tiental vestigingen en ook diverse shop-in-shops. Ontbijt, lunch, zoet, high tea,…: het kan er allemaal. Wat ook opvalt is de clevere ‘branding’. van de gepersonaliseerde servetten en de grappige figuurtjes in de potjes tot het frisse interieur: alles is hier heel zorgvuldig uitgekiend.
Hopper: Ik woon graag in het rustige Ingelmunster. Altijd parkeerplaats, geen exuberante taksen, zelden nachtlawaai,… Maar het is op plekken als Hopper dat ik m’n liefde voor grootsteden weer voel ontluiken. Het klinkt minder eerbiedig dan het bedoeld is, maar dit is echt zo’n hipsterplek: Apple laptops, baardjes, knotjes,… Kortom, hier treffen de coole guys en gals elkaar om zaken te bespreken, een koffietje te drinken, te ontbijten of te lunchen. Al het brood (dat ook aan de toog verkocht wordt) wordt in huis bereid in de open bakkerij.
The Harbour Club: Dit is echt zo’n gelegenheid waarbij het woord etablissement past. The Harbour Club heeft een chique naam en die vlag dekt volledig de lading: Het Engels aandoende interieur (met hier en daar een artistieke tegendraadsheid), je jas die aangenomen wordt als je binnenkomt, het keurig uitgedoste personeel,… Wij kwamen enkel voor een drankje, maar de menukaart oogt indrukwekkend. Grappig detail: nootjes worden geserveerd in een schaaltje met een lepeltje. Een gewoonte die we ook in andere bars zagen. Geen vieze piesnootjes in Nederland! En mocht je binnenkort in Amsterdam of Scheveningen zijn, ook daar hebben ze een Harbour Club.
Umami by Han: Een rozig interieur dat stijlvol is? Umami by Han bewijst dat het bestaat. Helaas hier geen foto’s, want m’n fotografie-skills reiken niet ver genoeg om dit mooi te vereeuwigen (Ik schoot er alleen maar wazige plaatjes…). De culinaire signatuur van Umami by Han is Aziatisch. De kooktechnieken Frans. Je kan je misschien niet veel voorstellen bij die combinatie, maar geloof me, alles wat we hier aten was hemels lekker. Dit is een restaurant uit de duurdere klasse. Maar in vergelijking met hetgeen op je bord komt zijn de prijzen zeer schappelijk: Wij betaalden 46€ voor een viergangen-menu met aangepaste wijnen.
Café Van Zanten: Op reis is toeval soms de beste leidraad. Umami by Han is een vrij populaire stek, dus moesten we eventjes wachten tot er een plaatsje vrij was. Zo sukkelden we per ongeluk binnen in Café Van Zanten: Een gezellige bruine kroeg (dus moeilijk te fotograferen) waar ook heel wat locals rondhangen. Je kan er ook een stevige hap eten, maar wij hielden het bij een glaasje bubbels. Op de drankenkaart fonkelden een glas Laurent Perrier voor 9,50€. Het glaasje prosecco voor 4,80€ dat iets verderop op de kaart stond, negeerden we vakkundig. Als lichte decadentie zo betaalbaar geserveerd wordt, zijn we verkocht!
Mooii: Restaurant Mooii, inderdaad met twee maal i, ligt in de Oude Haven. Het interieur is wat donkerder, maar heel sfeervol. De culinaire stijl kan ik niet meteen in één woord omschrijven. Die is internationaal getint, lichtjes overhellend naar de Franse keuken.
Pingback: Mealprep met kikkererwten | The Picnic Guest
Pingback: Tafelen in The Park, Rotterdam - The Picnic Guest